SV | Maar het is alzo, als de gezanten der vorsten van Babel, die tot hem gezonden hadden, om te vragen naar dat wonderteken, dat in het land geschied was, [bij hem waren], verliet hem God, om hem te verzoeken, om te weten al [wat] in zijn hart was. |
WLC | וְכֵ֞ן בִּמְלִיצֵ֣י ׀ שָׂרֵ֣י בָּבֶ֗ל הַֽמְשַׁלְּחִ֤ים עָלָיו֙ לִדְרֹ֗שׁ הַמֹּופֵת֙ אֲשֶׁ֣ר הָיָ֣ה בָאָ֔רֶץ עֲזָבֹ֖ו הָֽאֱלֹהִ֑ים לְנַ֨סֹּותֹ֔ו לָדַ֖עַת כָּל־בִּלְבָבֹֽו׃ |
Trans. | wəḵēn biməlîṣê śārê bāḇel haməšalləḥîm ‘ālāyw liḏərōš hammwōfēṯ ’ăšer hāyâ ḇā’āreṣ ‘ăzāḇwō hā’ĕlōhîm lənasswōṯwō lāḏa‘aṯ kāl-biləḇāḇwō: |
Maar het is alzo, als de gezanten der vorsten van Babel, die tot hem gezonden hadden, om te vragen naar dat wonderteken, dat in het land geschied was, [bij hem waren], verliet hem God, om hem te verzoeken, om te weten al [wat] in zijn hart was.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar het is alzo, als de gezanten der vorsten van Babel, die tot hem gezonden hadden, om te vragen naar dat wonderteken, dat in het land geschied was, [bij hem waren], verliet hem God, om hem te verzoeken, om te weten al [wat] in zijn hart was.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!