G677 ἀπρόσκοπος
aanstoot gevend (geen)

Bijbelteksten

Handelingen 24:16En hierin oefen ik mijzelven, om altijd een onergerlijk geweten te hebben bij God en de mensen.
1 Corinthiers 10:32Weest zonder aanstoot te geven, en den Joden, en den Grieken, en der Gemeente Gods.
Filippenzen 1:10Opdat gij beproeft de dingen, die [daarvan] verschillen, opdat gij oprecht zijt, en zonder aanstoot te geven, tot den dag van Christus;

Mede mogelijk dankzij