1 Corinthiers 14:24 | Maar indien zij allen profeteerden, en een ongelovige of ongeleerde inkwame, die wordt van allen overtuigd, [en] hij wordt van allen geoordeeld. |
1 Corinthiers 14:31 | Want gij kunt allen, de een na den ander profeteren, opdat zij allen leren, en allen getroost worden. |
1 Corinthiers 14:39 | Zo dan, broeders, ijvert om te profeteren, en verhindert niet in [vreemde] talen te spreken. |
1 Petrus 1:10 | Van welke zaligheid ondervraagd en onderzocht hebben de profeten, die geprofeteerd hebben van de genade, aan u [geschied]; |
Judas 1:14 | En van dezen heeft ook Enoch, de zevende van Adam, geprofeteerd, zeggende: Ziet, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen; |
Openbaring 10:11 | En hij zeide tot mij: Gij moet wederom profeteren voor vele volken, en natien, en talen, en koningen. |
Openbaring 11:3 | En Ik zal Mijn twee getuigen [macht] geven, en zij zullen profeteren duizend tweehonderd zestig dagen, met zakken bekleed. |