G4429 πτύω
spugen, spuwen, uitspuwen

Bijbelteksten

Markus 7:33En hem van de schare alleen genomen hebbende, stak Hij Zijn vingeren in zijn oren, en gespogen hebbende, raakte Hij zijn tong aan;
Markus 8:23En de hand des blinden genomen hebbende, leidde Hij hem uit buiten het vlek, en spoog in zijn ogen, en legde de handen op hem, en vraagde hem, of hij iets zag.
Johannes 9:6Dit gezegd hebbende, spoog Hij op de aarde, en maakte slijk uit dat speeksel, en streek dat slijk op de ogen des blinden;

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel