H1586 גֹּמֶר
Gomer

Bijbelteksten

Genesis 10:2De zonen van Jafeth zijn: Gomer, en Magog, en Madai, en Javan, en Tubal, en Mesech, en Thiras.
Genesis 10:3En de zonen van Gomer zijn: Askenaz, en Rifath, en Togarma.
1 Kronieken 1:5De kinderen van Jafeth waren Gomer, en Magog, en Madai, en Javan, en Tubal, en Mesech, en Tiras.
1 Kronieken 1:6En de kinderen van Gomer waren Askenaz, en Difath, en Thogarma.
Ezechiel 38:6Gomer en al zijn benden, en het huis van Togarma, [aan] de zijden van het noorden, en al zijn benden; vele volken met u.
Hosea 1:3Zo ging hij henen, en nam Gomer, een dochter van Diblaim; en zij ontving; en baarde hem een zoon.

Mede mogelijk dankzij