H5771 עָוֺן
ongerechtigheid, zonde, misdaad, schuld
Psalm 36:3 | Want hij vleit zichzelven in zijn ogen, als men zijn ongerechtigheid bevindt, [die] te haten is. |
Psalm 38:5 | Want mijn ongerechtigheden gaan over mijn hoofd; als een zware last zijn zij mij te zwaar geworden. |
Psalm 38:19 | Want ik maak [U] mijn ongerechtigheid bekend, ik ben bekommerd vanwege mijn zonde. |
Psalm 39:12 | Kastijdt Gij iemand met straffingen om de ongerechtigheid, zo doet Gij zijn bevalligheid smelten als een mot; immers is een ieder mens ijdelheid. Sela. |
Psalm 40:13 | Want kwaden, tot zonder getal toe, hebben mij omgeven; mijn ongerechtigheden hebben mij aangegrepen, dat ik niet heb kunnen zien; zij zijn menigvuldiger dan de haren mijns hoofds, en mijn hart heeft mij verlaten. |
Psalm 49:6 | Waarom zou ik vrezen in kwade dagen, [als] de ongerechtigen, die op de hielen zijn, mij omringen? |
Psalm 51:4 | Was mij wel van mijn ongerechtigheid, en reinig mij van mijn zonde. |
Psalm 51:7 | Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren, en in zonde heeft mij mijn moeder ontvangen. |
Psalm 51:11 | Verberg Uw aangezicht van mijn zonden, en delg uit al mijn ongerechtigheden. |
Psalm 59:5 | Zij lopen en bereiden zich zonder [mijn] misdaad; waak op mij tegemoet, en zie. |
Psalm 65:4 | Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; [maar] onze overtredingen, die verzoent Gij. |
Psalm 69:28 | Doe misdaad tot hun misdaad, en laat hen niet komen tot Uw gerechtigheid. |
Psalm 78:38 | Doch Hij, barmhartig zijnde, verzoende de ongerechtigheid, en verdierf hen niet; maar wendde dikwijls Zijn toorn af, en wekte Zijn ganse grimmigheid niet op. |
Psalm 79:8 | Gedenk ons de vorige misdaden niet; haast U, laat Uw barmhartigheden ons voorkomen; want wij zijn zeer dun geworden. |
Psalm 85:3 | De misdaad Uws volks hebt Gij weggenomen; Gij hebt al hun zonden bedekt. Sela. |
Psalm 89:33 | Zo zal Ik hun overtreding met de roede bezoeken, en hun ongerechtigheid met plagen. |
Psalm 90:8 | Gij stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke [zonden] in het licht Uws aanschijns. |
Psalm 103:3 | Die al uw ongerechtigheid vergeeft, die al uw krankheden geneest; |
Psalm 103:10 | Hij doet ons niet naar onze zonden, en vergeldt ons niet naar onze ongerechtigheden. |
Psalm 106:43 | Hij heeft hen menigmaal gered; maar zij verbitterden [Hem] door hun raad, en werden uitgeteerd door hun ongerechtigheid. |