H7230 רֹב
great, greatness, much, multitude, abundance, great, greatness, much, multitude,abundance
Psalm 51:3 | Wees mij genadig, o God! naar Uw goedertierenheid; delg mijn overtreding uit, naar de grootheid Uwer barmhartigheden. |
Psalm 52:9 | Ziet den man, [die] God niet stelde tot Zijn Sterkte, maar vertrouwde op de veelheid zijns rijkdoms; hij was sterk geworden door zijn beschadigen. |
Psalm 66:3 | Zegt tot God: Hoe vreselijk zijt Gij [in] Uw werken! Om de grootheid Uwer sterkte zullen zich Uw vijanden geveinsdelijk aan U onderwerpen. |
Psalm 69:14 | Maar mij aangaande, mijn gebed is tot U, o HEERE; er is een tijd des welbehagens, o God! door de grootheid Uwer goedertierenheid; verhoor mij door de getrouwheid Uws heils. |
Psalm 69:17 | Verhoor mij, o HEERE, want Uw goedertierenheid is goed; zie mij aan naar de grootheid Uwer barmhartigheden. |
Psalm 72:7 | In zijn dagen zal de rechtvaardige bloeien, en de veelheid van vrede, totdat de maan niet meer zij. |
Psalm 94:19 | Als mijn gedachten binnen in mij vermenigvuldigd werden, hebben Uw vertroostingen mijn ziel verkwikt. |
Psalm 106:7 | Onze vaders in Egypte hebben niet gelet op Uw wonderen; zij zijn der menigte Uwer goedertierenheden niet gedachtig geweest; maar zij waren wederspannig aan de zee, bij de Schelfzee. |
Psalm 106:45 | En Hij dacht tot hun beste aan Zijn verbond, en het berouwde Hem naar de veelheid Zijner goedertierenheden. |
Psalm 150:2 | Looft Hem vanwege Zijn mogendheden; looft Hem naar de menigvuldigheid Zijner grootheid! |
Spreuken 5:23 | Hij zal sterven, omdat hij zonder tucht geweest is, en in de grootheid zijner dwaasheid zal hij verdwalen. |
Spreuken 7:21 | Zij bewoog hem door de veelheid van haar onderricht, zij dreef hem aan door het gevlei harer lippen. |
Spreuken 10:19 | In de veelheid der woorden ontbreekt de overtreding niet; maar die zijn lippen wederhoudt, is kloek verstandig. |
Spreuken 11:14 | Als er geen wijze raadslagen zijn, vervalt het volk; maar de behoudenis is in de veelheid der raadslieden. |
Spreuken 13:23 | Het ploegen der armen [geeft] veelheid der spijze; maar daar is een, die verteerd wordt door gebrek van oordeel. |
Spreuken 14:4 | Als er geen ossen zijn, zo is de krib rein; maar door de kracht van den os is der inkomsten veel. |
Spreuken 14:28 | In de menigte des volks is des konings heerlijkheid; maar in gebrek van volk is eens vorsten verstoring. |
Spreuken 15:22 | De gedachten worden vernietigd, als er geen raad is; maar door veelheid der raadslieden zal elkeen bestaan. |
Spreuken 16:8 | Beter is een weinig met gerechtigheid, dan de veelheid der inkomsten zonder recht. |
Spreuken 20:6 | Elk van de menigte der mensen roept zijn weldadigheid uit; maar wie zal een recht trouwen man vinden? |