H8469 תַּחֲנוּן
supplications, intreaties

Bijbelteksten

2 Kronieken 6:21Hoor dan naar de smekingen van Uw knecht, en van Uw volk Israel, die in deze plaats zullen bidden; en hoor Gij uit de plaats Uwer woning, uit den hemel, ja, hoor, en vergeef.
Job 40:22Zal hij aan u veel smekingen maken? Zal hij zachtjes tot u spreken?
Psalm 28:2Hoor de stem mijner smekingen, als ik tot U roep, als ik mijn handen ophef naar de aanspraakplaats Uwer heiligheid.
Psalm 28:6Geloofd zij de HEERE, want Hij heeft de stem mijner smekingen gehoord.
Psalm 31:23Ik zeide wel in mijn haasten: Ik ben afgesneden van voor Uw ogen; dan nog hoordet Gij de stem mijner smekingen, als ik tot U riep.
Psalm 86:6HEERE! neem mijn gebed ter ore, en merk op de stem mijner smekingen.
Psalm 116:1Ik heb lief, want de HEERE hoort mijn stem, mijn smekingen;
Psalm 130:2HEERE! hoor naar mijn stem; laat Uw oren opmerkende zijn op de stem mijner smekingen.
Psalm 140:7Ik heb tot den HEERE gezegd: Gij zijt mijn God; neem ter ore, o HEERE! de stem mijner smekingen.
Psalm 143:1Een psalm van David. O HEERE! hoor mijn gebed, neig de oren tot mijn smekingen; verhoor mij naar Uw waarheid, naar Uw gerechtigheid.
Spreuken 18:23De arme spreekt smekingen; maar de rijke antwoordt harde dingen.
Jeremia 3:21Er is een stem gehoord op de hoge plaatsen, een geween [en] smekingen der kinderen Israels, omdat zij hun weg verkeerd, [en] den HEERE, hun God, vergeten hebben.
Jeremia 31:9Zij zullen komen met geween, en met smekingen zal Ik hen voeren; Ik zal hen leiden aan de waterbeken, in een rechten weg, waarin zij zich niet zullen stoten; want Ik ben Israel tot een Vader, en Efraim is Mijn eerstgeborene.
Daniel 9:3En ik stelde mijn aangezicht tot God, den Heere, [om Hem] te zoeken [met] het gebed, en smekingen, met vasten, en zak, en as.
Daniel 9:17En nu, o onze God! hoor naar het gebed Uws knechts, en naar zijn smekingen; en doe Uw aangezicht lichten over Uw heiligdom, dat verwoest is; om des HEEREN wil.
Daniel 9:18Neig Uw oor, mijn God! en hoor, doe Uw ogen op, en zie onze verwoestingen, en de stad, die naar Uw Naam genoemd is; want wij werpen onze smekingen voor Uw aangezicht niet neder op onze gerechtigheden, maar op Uw barmhartigheden, die groot zijn.
Daniel 9:23In het begin uwer smekingen is het woord uitgegaan, en ik ben gekomen, om [u dat] te kennen te geven; want gij zijt een zeer gewenst [man]; versta dan dit woord, en merk op dit gezicht.
Zacharia 12:10Doch over het huis Davids, en over de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten den Geest der genade en der gebeden; en zij zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen, als [met] de rouwklage over een enigen zoon; en zij zullen over Hem bitterlijk kermen, gelijk men bitterlijk kermt over een eerstgeborene.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel