Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)
ψεύστης, -ου, ὁ (< ψεύδω), [in LXX: Ps 115:2 ( 116:11) (כֹּזֵב H3576), Pr 19:22 Aא heb2 (כָּזָב H3577), Si 15:8 25:2 * ;] a liar: Jo 8:44, 55, Ro 3:4, I Ti 1:10, Tit 1:12, I Jn 1:10 2:4, 22 4:20 5:10 .†Voor meer informatie: Henry George Liddell, Robert Scott, A Greek-English Lexicon (1940)
ψεύσ-της, ου, ὁ,Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!