Genesis 13:2 | En Abram was zeer rijk, in vee, in zilver, en in goud. |
Genesis 24:35 | En de HEERE heeft mijn heer zeer gezegend, zodat hij groot geworden is; en Hij heeft hem gegeven schapen, en runderen, en zilver, en goud, en knechten, en maagden, en kemelen, en ezelen. |
Genesis 24:53 | En de knecht langde voort zilveren kleinoden, en gouden kleinoden, en klederen, en hij gaf die aan Rebekka; hij gaf ook aan haar broeder en haar moeder kostelijkheden. |
Genesis 44:8 | Zie, het geld, dat wij in den mond onzer zakken vonden, hebben wij tot u uit het land Kanaan wedergebracht; hoe zouden wij dan uit het huis uws heren zilver of goud stelen? |
Exodus 3:22 | Maar [elke] vrouw zal van haar naburin, en van de waardin haars huizes, eisen zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen; die zult gijlieden op uw zonen, en op uw dochteren leggen, en gij zult Egypte beroven. |
Exodus 11:2 | Spreek nu voor de oren des volks, dat ieder man van zijn naaste, en iedere vrouw van haar naaste zilveren vaten en gouden vaten eise. |
Exodus 12:35 | De kinderen Israels nu hadden gedaan naar het woord van Mozes, en hadden van de Egyptenaren geeist zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen. |
Exodus 20:23 | Gij zult nevens Mij niet maken zilveren goden, en gouden goden zult gij u niet maken. |
Exodus 25:3 | Dit nu is het hefoffer, hetwelk gij van hen nemen zult: goud, en zilver, en koper; |
Exodus 26:19 | Gij zult ook veertig zilveren voeten maken onder de twintig berderen; twee voeten onder een berd, aan zijn twee houvasten, en twee voeten onder een ander berd, aan zijn twee houvasten. |
Exodus 26:21 | Met hun veertig zilveren voeten; twee voeten onder een berd, en twee voeten onder een ander berd. |
Exodus 26:25 | Alzo zullen de acht berderen zijn met hun zilveren voeten, zijnde zestien voeten; twee voeten onder een berd, wederom twee voeten onder een berd. |
Exodus 26:32 | En gij zult hem hangen aan vier pilaren van sittim[hout], met goud overtogen; hun haken zullen van goud zijn; [staande] op vier zilveren voeten. |
Exodus 27:10 | Ook zullen zijn twintig pilaren en derzelver twintig voeten, van koper zijn; de haken dezer pilaren, en hun banden zullen van zilver zijn. |
Exodus 27:11 | Alzo zullen ook aan den noorderhoek, in de lengte, de behangsels honderd [ellen] lang zijn; en zijn twintig pilaren, en derzelver twintig voeten, van koper; de haken der pilaren, en derzelver banden zullen van zilver zijn. |
Exodus 27:17 | Al de pilaren des voorhofs zullen rondom met zilveren banden bezet zijn; hun haken zullen van zilver zijn, maar hun voeten zullen van koper zijn. |
Exodus 31:4 | Om te bedenken vernuftigen arbeid; te werken in goud, en in zilver, en in koper, |
Exodus 35:5 | Neemt van hetgeen, dat gijlieden hebt, een hefoffer den HEERE; een ieder, wiens hart vrijwillig is, zal het brengen, ten hefoffer des HEEREN: goud, en zilver, en koper; |
Exodus 35:32 | En om te bedenken vernuftigen arbeid, te werken in goud, en in zilver, en in koper, |
Exodus 36:24 | En hij maakte veertig zilveren voeten onder de twintig berderen; twee voeten onder een berd, aan zijn twee houvasten, en twee voeten onder een ander berd, aan zijn twee houvasten. |