Claudius Lysias
Λυσίας G3079 "Lysias",

Zie ook: Personen, Namen,

Claudius Lysias (Grieks Κλαυδιος Λυσιας G2804 G3079), een persoon in de Bijbel.

Inhoud

Bijbel

Een tribuun of hoofdman over duizend man (Tribunus militum χιλίαρχος G5506) van de Romeinse cohorte (vermoedelijk de Ala I Sebastenorum) welke tweemaal bij naam wordt genoemd (Hand. 23:26; 24:22). Vanwege zijn naam Lysias en dat hij het Romeins burgerschap had gekocht (Hand. 22:28) zal hij vermoedelijk een Griek van geboorte zijn geweest. Waarschijnlijk had hij dit burgerschap ten tijde van keizer Claudius voor een hoog bedrag gekocht en zoals toen gebruikelijk was de naam van de regerende keizer aangenomen (Cassius Dio Cocceianus, Dio’s Roman History, LX, 17, 5, 6).

Hij verdenkt Paulus ervan de opstandeling "de Egyptenaar" te zijn (Hand. 21:38) die in 55 n.C. onder stadhouder Marcus Antonius Felix het volk in oproer bracht (Fl. Josephus, Antiquities of the Jews 20.6; Of the War 2.13.5). Paulus weet hem ervan te overtuigen dat hij niet deze opstandeling is (Hand. 21:39) en krijgt de gelegenheid om de menigte toe te spreken. Nadat de menigte furieus op deze toespraak reageert wordt Paulus gearresteerd en geeft Lysias opdracht om via geseling een bekentenis te ontfutselen (Hand. 22:24). Paulus gaat hiertegen in protest en stelt dat hij een Romein is (Hand. 22:25) maar blijft in hechtenis. Als blijkt dat er een complot wordt gesmeed stuurt Lysias Paulus naar Marcus Antonius Felix. Het begeleidend schrijven is geheel in overeenstemming met de Romeinse wetgeving (Hand. 23:26-30 HSV):

Claudius Lysias aan de zeer machtige stadhouder Felix. Gegroet!
Toen deze man door de Joden gegrepen was en door hen omgebracht zou worden, ben ik er met mijn soldaten op afgegaan en heb hem ontzet, omdat ik vernomen had dat hij een Romein was. En omdat ik de reden wilde weten waarom zij hem beschuldigden, bracht ik hem naar hun Raad. Het bleek mij dat hij beschuldigd werd in verband met geschilpunten inzake hun wet, maar dat er geen beschuldiging tegen hem was die de dood of gevangenschap verdiende.

En toen mij te kennen gegeven was, dat er door de Joden een hinderlaag voor deze man gelegd zou worden, heb ik hem ogenblikkelijk naar u toe gestuurd en ook de aanklagers geboden in uw tegenwoordigheid te vertellen wat zij tegen hem hadden.

Vaarwel.

De indeling van de brief is in overeenstemming met de algemene indeling in de Grieks-Romeinse wereld, van "schrijver" aan "ontvanger" met een "groet" (χαίρω G5463) met de daaropvolgende inhoud van de reden van de brief en de standaard afsluiting "vaarwel" (ῥώννυμι G4517). Deze brief was echter niet helemaal feitelijk, hoewel het een interessant voorbeeld is van Romeinse militaire correspondentie uit die tijd. Want hoewel hij de onschuld van Paulus erkende, wekte Claudius Lysias de indruk dat hij Paulus had gered omdat hij had vernomen dat de apostel een Romein was, terwijl hij in werkelijkheid Paulus' burgerrechten had geschonden door hem te laten vastbinden en zelfs opdracht te geven hem te onderwerpen aan een geseling. Betreffende de kennis die Lukas had van de inhoud van de brief, kan het zijn dat de brief zelf werd voorgelezen op het moment dat de zaak van Paulus werd behandeld en dat Lukas daarbij aanwezig was en toen heeft overgenomen.


Aangemaakt 31 januari 2009, laatst gewijzigd 11 november 2021


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!