Jeramoth, Jeremoth, Jerimoth
יְרִימוֹת H3406 "Jerimoth, Jeremoth, Jerimot , Jeremot",

Zie ook: Personen, Namen,

Jeramoth of Jeremoth (Hebreeuws יְרִימוֹת H3406), meerdere personen in de Bijbel.

Inhoud

Bijbel

1) Zoon van Beria uit de stam van Benjamin (1 Kron. 8:14).

2) Jeremoth, zoon van Musi, een leviet uit de nakomelingen van Merari (1 Kron. 23:23), elders Jerimoth genoemd (1 Kron. 24:30).

3) Jeremoth, een Israëliet die zijn "vreemde" vrouw moest wegzenden (Ezr. 10:26).

4) Jeremoth, een Israëliet die zijn "vreemde" vrouw moest wegzenden (Ezr. 10:27).

5) Jeramoth, een Israëliet die zijn "vreemde" vrouw moest wegzenden (Ezr. 10:29).

6) Jerimoth, zoon van Bela uit de stam van Benjamin (1 Kron. 7:7).

7) Jeremoth, zoon van Becher uit de stam van Benjamin (1 Kron. 7:8).

8) Jerimoth, Benjaminiet die naar koning David in Ziklag kwam (1 Kron. 12:5).

9) Jerimoth, leviet zoon van Heman, een zanger ten tijde van koning David (1 Kron. 25:4). Wordt elders Jeremoth genoemd (1 Kron. 25:22).

10) Jerimoth, zoon van koning David. Zijn vrouw van Abihaïl, de dochter van Eliab de broer van David (2 Kron. 11:18).

11) Jerimoth, een leviet ten tijde van koning Hizkia (2 Kron. 31:13).

12) Jerimoth, zoon van Azriel, een leider van de stam Nafthali ten tijde van koning David (1 Kron. 27:19).


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!