G1163 δεῖ
past, juist, behoefte aan, nodig hebben
Lukas 13:16 | En deze, die een dochter Abrahams is, welke de satan, ziet, nu achttien jaren gebonden had, moest die niet losgemaakt worden van dezen band, op den dag des sabbats? |
Lukas 13:33 | Doch Ik moet heden, en morgen, en den volgenden [dag] reizen; want het gebeurt niet, dat een profeet gedood wordt buiten Jeruzalem. |
Lukas 15:32 | Men behoorde dan vrolijk en blijde te zijn; want deze uw broeder was dood, en is weder levend geworden; en hij was verloren, en is gevonden. |
Lukas 17:25 | Maar eerst moet Hij veel lijden, en verworpen worden van dit geslacht. |
Lukas 18:1 | En Hij zeide ook een gelijkenis tot hen, daartoe [strekkende], dat men altijd bidden moet, en niet vertragen; |
Lukas 19:5 | En als Jezus aan die plaats kwam, opwaarts ziende, zag Hij hem, en zeide tot hem: Zacheus! haast u, en kom af; want Ik moet heden in uw huis blijven. |
Lukas 21:9 | En wanneer gij zult horen van oorlogen en beroerten, zo wordt niet verschrikt; want deze dingen moeten eerst geschieden; maar [nog] is terstond het einde niet. |
Lukas 22:7 | En de dag der ongehevelde [broden] kwam, op denwelken het pascha moest geslacht worden. |
Lukas 22:37 | Want Ik zeg u, dat nog dit, hetwelk geschreven is, in Mij moet volbracht worden, namelijk: En Hij is met de misdadigen gerekend. Want ook die dingen, die van Mij [geschreven zijn], hebben een einde. |
Lukas 24:7 | Zeggende: De Zoon des mensen moet overgeleverd worden in de handen der zondige mensen, en gekruisigd worden, en ten derden dage wederopstaan. |
Lukas 24:26 | Moest de Christus niet deze dingen lijden, en [alzo] in Zijn heerlijkheid ingaan? |
Lukas 24:44 | En Hij zeide tot hen: Dit zijn de woorden, die Ik tot u sprak, als Ik nog met u was, [namelijk] dat het alles moest vervuld worden, wat van Mij geschreven is in de Wet van Mozes, en de Profeten, en Psalmen. |
Lukas 24:46 | En zeide tot hen: Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten derden dage. |
Johannes 3:7 | Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden. |
Johannes 3:14 | En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden; |
Johannes 3:30 | Hij moet wassen, maar ik minder worden. |
Johannes 4:4 | En Hij moest door Samaria gaan. |
Johannes 4:20 | Onze vaders hebben op deze berg aangebeden; en gijlieden zegt dat te Jeruzalem de plaats is, waar men moet aanbidden. |
Johannes 4:24 | God is een Geest, en die Hem aanbidden, moeten [Hem] aanbidden in geest en waarheid. |
Johannes 9:4 | Ik moet werken de werken Desgenen, Die Mij gezonden heeft, zolang het dag is; de nacht komt, wanneer niemand werken kan. |