Mattheus 10:12 | En als gij in het huis gaat, zo groet hetzelve. |
Mattheus 10:14 | En zo iemand u niet zal ontvangen, noch uw woorden horen, uitgaande uit dat huis of uit dezelve stad, schudt het stof uwer voeten af. |
Mattheus 10:28 | En vreest niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel en lichaam kan verderven in de hel. |
Mattheus 10:40 | Die u ontvangt, ontvangt Mij; en die Mij ontvangt, ontvangt Hem, Die Mij gezonden heeft. |
Mattheus 10:41 | Die een profeet ontvangt in den naam eens profeten, zal het loon eens profeten ontvangen; en die een rechtvaardige ontvangt in den naam eens rechtvaardigen, zal het loon eens rechtvaardigen ontvangen. |
Mattheus 11:3 | En zeide tot Hem: Zijt Gij Degene, Die komen zou, of verwachten wij een anderen? |
Mattheus 11:7 | Als nu dezen heengingen, heeft Jezus tot de scharen begonnen te zeggen van Johannes: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? |
Mattheus 11:16 | Doch waarbij zal Ik dit geslacht vergelijken? Het is gelijk aan de kinderkens, die op de markten zitten, en hun gezellen toeroepen, |
Mattheus 12:22 | Toen werd tot Hem gebracht een van den duivel bezeten, [die] blind en stom [was]; en Hij genas hem, alzo dat de blinde en stomme beide sprak en zag. |
Mattheus 14:9 | En de koning werd bedroefd; doch om de eden, en degenen, die [met hem] aanzaten, gebood hij, dat het [haar] zou gegeven worden; |
Mattheus 15:11 | Hetgeen ten monde ingaat, ontreinigt den mens niet; maar hetgeen ten monde uitgaat, dat ontreinigt den mens. |
Mattheus 15:17 | Verstaat gij nog niet, dat al wat ten monde ingaat, in de buik komt, en in de heimelijkheid wordt uitgeworpen? |
Mattheus 15:18 | Maar die dingen, die ten monde uitgaan, komen voort uit het hart, en dezelve ontreinigen den mens. |
Mattheus 16:28 | Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier staan, dewelke den dood niet smaken zullen, totdat zij den Zoon des mensen zullen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk. |
Mattheus 19:12 | Want er zijn gesnedenen, die uit moeders lijf alzo geboren zijn; en er zijn gesnedenen, die van de mensen gesneden zijn; en er zijn gesnedenen, die zichzelven gesneden hebben, om het Koninkrijk der hemelen. Die [dit] vatten kan, vatte [het]. |
Mattheus 20:29 | En als zij van Jericho uitgingen, is Hem een grote schare gevolgd. |
Mattheus 20:30 | En ziet, twee blinden, zittende aan den weg, als zij hoorden, dat Jezus voorbijging, riepen, zeggende: Heere, Gij Zone Davids! ontferm U onzer. |
Mattheus 21:9 | En de scharen, die voorgingen en die volgden, riepen, zeggende: Hosanna den Zone Davids! Gezegend [is] Hij, Die komt in den Naam des Heeren! Hosanna in de hoogste [hemelen]! |
Mattheus 22:10 | En dezelve dienstknechten, uitgaande op de wegen, vergaderden allen, die zij vonden, beiden kwaden en goeden; en de bruiloft werd vervuld met aanzittende [gasten]. |
Mattheus 22:11 | En als de koning ingegaan was, om de aanzittende [gasten] te overzien, zag hij aldaar een mens, niet gekleed [zijnde] met een bruiloftskleed; |