H3559 כּוּן
vaststaan, bereiden, vestigen, bevestigen, gereed maken, richten
Ezechiel 28:13 | Gij waart in Eden, Gods hof; alle kostelijk gesteente was uw deksel, sardisstenen, topazen en diamanten, turkooizen, sardonixstenen en jaspisstenen, saffieren, robijnen, en smaragden, en goud; het werk uwer trommelen en uwer pijpen was bij u; ten dage als gij geschapen werdt, waren zij bereid. |
Ezechiel 38:7 | Zijt bereid en maakt u gereed, gij en uw ganse vergadering, die tot u vergaderd zijn; en wees gij hun tot een wacht. |
Ezechiel 40:43 | De haardstenen nu waren een handbreed [dik], ordentelijk geschikt in het huis rondom henen; en op de tafelen was het offervlees. |
Hosea 6:3 | Dan zullen wij kennen, wij zullen vervolgen, om den HEERE te kennen; Zijn uitgang is bereid als de dageraad; en Hij zal tot ons komen als een regen, als de spade regen [en] vroege regen des lands. |
Amos 4:12 | Daarom zal Ik u alzo doen, o Israel! omdat Ik u [dan] dit doen zal, zo schik u, o Israel! om uw God te ontmoeten. |
Micha 4:1 | Maar in het laatste der dagen zal het geschieden, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der bergen; en hij zal verheven zijn boven de heuvelen, en de volken zullen tot hem toevloeien. |
Nahum 2:3 | De schilden zijner helden zijn rood gemaakt, de kloeke mannen zijn scharlakenvervig; de wagens zijn in het vuur der fakkelen, ten dage als hij zich bereidt; en de spiesen worden geschud. |
Nahum 2:5 | Hij zal aan zijn voortreffelijken gedenken, [doch] zij zullen struikelen in hun tochten; zij zullen haasten naar hun muur, als het beschutsel vaardig zal wezen. |
Habakuk 2:12 | Wee dien, die de stad met bloed bouwt, en die de stad met onrecht bevestigt! |
Sefanja 1:7 | Zwijgt voor het aangezicht des Heeren HEEREN; want de dag des HEEREN is nabij; want de HEERE heeft een slachtoffer bereid, Hij heeft Zijn genoden geheiligd. |
Zacharia 5:11 | En Hij zeide tot mij: Om haar een huis te bouwen in het land Sinear; dat zij daar gevestigd en gesteld worde op haar grondvesting. |